|
Om
de Kei
|
Om de Kei nummer: 95. Uit De Bron van woensdag 11 februari 1998 - 35e jaargang nr. 3 |
FEEST. Binnenkort is het zottenfeest. Dat wil zeggen de zotten vieren het feest om zot te zijn. Er is een carnavaleske ontvangst van de prins van Knienenburg, zoals Ugchelen dan heet. Daarbij wordt het Ugchelense volkslied gezongen, waarin verhaald wordt dat Ugchelen zo mooi tegen Apeldoorn aanligt. De kinderen hebben feest in Ugchelens Belang en daarna gaan de ouders en ouderen er tegenaan. Maar de carnavalsvereniging van Ugchelen is net zoals de Dorpsraad: het heeft geen raad van elf. Het heeft echter geen verplichtingen naar buiten en dat is een voordeel. Er wordt carnaval gevierd en het kan daarbij een goede gewoonte zijn, om na afloop al zwaaiend thuis gebracht te worden door iemand, die er beter tegen kon. Valt er nog meer feest te vieren? Genoeg. De honderdjarige brandweer. De spuitgasten lopen warm voor hun feest en als brandweerlieden feest vieren, nou, dan zal iedereen het weten ook. Het is namelijk verplicht om alles nat te houden bij de brandweer. Redt eerst mens en dier, dan komt vanzelf het bier. Dat met het bier heeft verschillende grondgedachten. Allereerst moet je namelijk zorgen dat je niet zo droog wordt, dat je gemakkelijk vlam vat. Daarbij komt nog, dat de mensen van de brandweer flink met hun polsen moeten oefenen, teneinde het gewricht optimaal te kunnen laten werken met het vasthouden van de brandspuit. Elke week worden de gewrichten op hun draaipunten getest met het vasthouden van een glas. In de polsen en de ellebogen wordt dan het volle gewicht van een glas, gevuld met geestrijk vocht, belast. |
Dit vervelende werk kan op zo'n manier nog plezierig worden ook. Eenmaal per jaar wordt het bier in de vaten gerold; daar hebben de mannen afgelopen zomer met hulp van "Back In Town" in geoefend en hoewel ze daar hun meerdere moesten erkennen in het brandweerkorps van Loenen, zullen ze zeker met sterke verhalen hun partijtje meeblazen. Dat wat betreft het bier; de wijn is een ander verhaal. Omdat er kans was, dat er in Ugchelen niet genoeg wijn zou zijn, hebben onze spuitgasten hun eigen wijn op de markt gebracht. Om er zeker van te zijn, dat hieraan ook geen gebrek heerst in Ugchelen. Terwijl we in Ugchelen toch het echtpaar Ebbers hebben, die zelf op hun eigen wijngaard in Hongarije wijn verbouwt. Maar negentig liter is natuurlijk niet zoveel; zeker wanneer je zegt, dat het hoofdzakelijk voor eigen gebruik is. Wat vieren we nog meer in Ugchelen? Het zoveelste straatvolleybal-toernooi en wordt de Eloyschool weer kampioen met het schoolvoetbal? Of D1 van Albatross, die konden er ook wat van. Weet u nog hoe de jongens op een open wagen joelend door ons dorp gingen? In ieder geval zullen we in Ugchelen het vernieuwde Ugchelense Zomerfeest beleven, al moeten we ons nu reeds tot de weergoden wenden - bij wijze van spreken dan, lezers van De Bron excuus! - om te hopen, dat het er niet zo nat toegaat. Het is altijd prettiger feest te vieren, als er een heerlijk zonnetje bij is. Het heet niet voor niks een Zomerfeest. "Uwe Kijker" |
Deze tekst wordt elke veertien dagen met toestemming overgenomen uit het Ugchelense Kerk- en Nieuwsblad "DE BRON". Copyright © 1996 - Uwe Kijker / DE BRON / Gert Woutersen |