HOME


Gastenboek
Om Ugchelse Kei de Kei 

Om de Kei nummer: 28. Uit De Bron van woensdag 25 januari 1995, 32e jaargang nummer 2.

Vorige Index Volgende
WAARZEGGEN.
Aan het begin van het jaar zijn er altijd van die lieden, die geweldig goed kunnen voorspellen, welke rampspoeden er zich in het nieuwe jaar zullen voordoen. Dat zijn de waarzeggers.
Zij kunnen zich echter geen voorspellers noemen, want er is een futiel verschil. Voorspellers gaan na, wat er zich in het verleden heeft afgespeeld. Met die gegevens en aan de hand van hun ervaring kunnen ze tegenwoordig door middel van computermodellen met voor tachtig procent zekerheid vaststellen, wat de toekomst ons zal bieden.
Daarmee bedoel ik natuurlijk niet die mensen, die het einde der tijden voorspellen, maar bijvoorbeeld de weerprofeten van ons koninklijk instituut in De Bilt, of waar zij zich tegenwoordig ook mogen bevinden. Want alles verandert, dus dat ook. Nog afgezien, wat je er aan hebt, als je weet wat er gaat gebeuren, zit er toch een risicofactor in, dat het niet uitkomt.
Als je namelijk zegt, dat er niets verandert, heb je zeker voor negentig procent gelijk. Dat betekent echter niet, dat je dan beter bent dan al die voorspellers, maar het is wel waar.
Maar dan behoor je ineens tot de waarzeggers, die in een kristallen bol of in het gemorste koffiedik uit een ongeloogd bruin filterzakje nr. 4 zitten te kijken.
Zo wil ik mij eens ongevraagd begeven op het gebied van waarzeggen over Ugchelen, met de kans, dat ik er voor twintig procent naast zit. Ik vraag ook niet, wat u er aan heeft, als u mij wilt geloven. Uit de aanhef moet blijken, dat wanneer ik zeg, dat er niets verandert, ik er voor tien procent naast

zit. Met andere woorden, er verandert in Ugchelen tien procent, de vraag is alleen: wat?
Ik begin, want ik heb net koffie gedronken, schud het restant uit het filter en zie in de smurrie, dat er in Ugchelen dit jaar weer niets terecht komt van de troep bij de voormalige motorbloksloperij van Brink.
Bij het spreiden van de koffieprut, zie ik toch waarachtig, dat er begonnen wordt aan de Ugchelseweg en dat er een definitieve oplossing wordt gevonden voor de wateroverlast bij de scholen in de Bouwhof.
Echter, morsend met de koffie, begint het wat uit te lopen en voorzie ik in Ugchelen een gifdrama, omdat door het grondwater de vuilnisbelt, waar de gemeente Apeldoorn vroeger zijn vuilnis stortte, ongewenste grote hoeveelheden gif onder de grond van Ugchelen door spoelt.
Als ik de koffiedik naarstig wil opruimen, voorspel ik grote leegstand in de bedrijfsruimte van Ugchelen, zodat het al lang leegstaande gebouw aan de Bogaardslaan samen met het leegkomende gebouw van het schoonmaakbedrijf dit jaar, geen nieuwe bestemming zal hebben.
Als ik de koffiedik heb opgeruimd, zie ik een tot in de puntjes versierd Ugchelen, dat er nog mooier uitziet dan vijf jaar geleden. Hiervoor haalt Ugchelen zelfs de landelijke pers.
Maar ondanks dat zal er ook dit jaar geen koningin in Ugchelen komen.
Waar ik maar mee wil zeggen, dat ik ook kan waarzeggen.
Gelukkig voor u heb ik voor twintig procent ongelijk en ziet het er voor Ugchelen nog niet zo slecht uit.

"Uwe Kijker"
Deze tekst wordt elke veertien dagen met toestemming overgenomen uit het Ugchelense Kerk- en Nieuwsblad
"DE BRON".

Vorige Index Volgende

Copyright © 1996 -
Uwe Kijker / DE BRON / Gert Woutersen